
Ja, het is alweer een half jaar geleden dat we op een donkere avond door een mij totaal onbekende wijk bij ons appartement aankwamen. We ploften neer op de bank in een huis waar niks van ons was en waar we alleen 2 koffers met kleding en een waterkoker met Delftsblauwe tafereeltjes mee naartoe genomen hadden. Aan de ene kant lijkt het zo kort geleden dat we nog gewoon in Leiden woonden, maar aan de andere kant zijn we hier al zo gewend dat het lijkt alsof we hier al tijden thuis zijn.
Van de week had Christo zijn collega’s uitgenodigd om te komen borrelen (we hebben zelfs Michela weten over te halen om een stukje pizza met ananas te proberen, hoe barbaars!) en op een bepaald moment ging iedereen op Google Street View de plek laten zien waar hij/zij vandaan kwam. We hebben het veldje gezien waarop Michela zonnebloemen groeit en alleen de kleinste weer uitzaait, zodat ze uiteindelijk zo klein mogelijke zonnebloemen krijgt. We hebben ook de 100 jaar oude fruitboom gezien in de tuin van Mauro, waar je volgens hem met 6 man omheen moet staan om de stam te kunnen omarmen. Hmmm.. echt? Nou ja, we geven hem het voordeel van de twijfel. Maar toen we de Narmstraat en de Beestenmarkt lieten zien, waar onze plantjes en Christo’s zonnepaneel nog op de foto stonden, voelden we iets vreemds. Heimwee? Ja, wel een beetje.