Verona is een mooie stad, eigenlijk wel de mooiste van heel Noordwest-Italië, vinden wij. En wij kunnen het weten, want we hebben inmiddels wel bijna alle steden van Noordwest-Italië gezien. Padua, Mantua, Vicenza, Trento, Bologna en ja, zelfs Venetië, ze redden het gewoon niet bij alle mooie dingen die er in Verona te zien zijn. Maar wat Verona ten opzichte van de andere steden helemaal geweldig maakt, is de mooie omgeving.
Verona ligt op de rand van de Po-vlakte, dus ten zuiden van de stad vind je die enorme strook platteland die me altijd zo aan Nederland doet denken, ware het niet dat je er elke paar kilometer een ingestort huis tegenkomt. In het westen ligt het Gardameer, waar je heerlijk kunt zwemmen en afkoelen in de zomer. Maar het meest geweldige vind ik wel dat in het Noorden meteen de bergen beginnen. We kunnen ze zelfs zien vanuit ons raam. En in die bergen ligt een enorme groene zone, het natuurpark Lessinia, waar ook het wijngebied Valpolicella deel van uitmaakt.

In dit gebied kun je heerlijk wandelen en dat doen de Italianen dan ook graag, vooral als het zoals nu in de stad niet te harden is vanwege de hitte. Ik vind het geweldig om te zien hoe ze bepakt en bezakt met grote hoeveelheden eten op weg gaan, op z’n minst met verse pasta, maar liefst met een complete barbecue met worstjes en salades. Wij besloten ook een keer mee te doen, maar dan met een lekker bammetje met pesto. Ons doel was het park met de watervallen in Molina, op ongeveer een uurtje rijden van Verona.