Deze zomer kregen we een berichtje van Christo’s collega Giulia: komen jullie naar mijn bruiloft? Ja, natuurlijk! Een Italiaanse bruiloft, dat hadden we altijd al mee willen maken. Daarom was Christo ook al maanden aan Giulia’s kop aan het zeuren om te zorgen dat ze ons uit zou nodigen. Enthousiast zijn, haar een schuldgevoel aanpraten, mij inzetten om over trouwjurken te praten, hij heeft werkelijk alles geprobeerd. En het is gelukt! Afgelopen vrijdag vlogen we naar Sicilië voor onze eerste Italiaanse bruiloft.
We waren nog niet eerder op Sicilië geweest, dus dat was al een ervaring op zich. Ik had me nooit gerealiseerd hoe bergachtig het daar is. Eigenlijk wel logisch, als je bedenkt dat het een vulkanisch gebied is, maar daar denk ik met mijn Nederlandse hoofd nooit zo aan. De sfeer op Sicilië is ook heel bijzonder. Aan de ene kant doet het denken aan het zuiden van Italië met de focus op landbouw, het heerlijke weer en de relaxte levensstijl. Aan de andere kant is alles erg goed onderhouden en behoorlijk goed georganiseerd, wat meer aan het noorden doet denken. Ik vind het een perfecte combinatie.
We hadden een appartementje in Palermo en toen we daar een beetje gesetteld waren, zijn we er natuurlijk meteen op uit gegaan om Siciliaanse specialiteiten te proeven. Ik was altijd al fan van pasta alla Norma, maar ik had nog nooit zo’n goede geproefd als in Palermo. De truc is volgens mij om de aubergines in goed veel olie te bakken en ze zo bijna te frituren. Heerlijk! Qua toetjes kunnen ze er ook wat van op Sicilië. De cannoli, gebakken deegbuisjes gevuld met ricotta, zijn denk ik wel de bekendste Siciliaanse specialiteit, maar vergeet ook vooral de cassata niet, ongelooflijke fluffy cake gevuld met gezoete ricotta en bedekt met marsepein. Zo lekker!
De volgende dag hadden we nog even tijd om Palermo te verkennen, want de bruiloft zou pas om een uurtje of vijf beginnen. We hebben heerlijk gewandeld door het centrum en zijn langs de prachtige Arabisch-Normandische kathedraal van Palermo gelopen. We hebben ook een rondje gemaakt om het Palazzo Reale, het huidige parlementsgebouw dat in de 9e eeuw gebouwd werd door de Islamitische heersers van Sicilië. Toen vonden we dat we alle toeristische topattracties wel gezien hadden en zijn we naar het strand gelopen. We hadden zo kunnen zwemmen als we onze zwemkleren bij ons hadden gehad. En dat in oktober!

Toen was het tijd om ons om te kleden en op weg te gaan naar de bruiloft. Gelukkig hadden we ons appartementje op loopafstand van de locatie geboekt, dus daar gingen we in pak en lange jurk met hakken over de straten van Palermo. Een beetje ongemakkelijk wel, maar toen we eenmaal bij de locatie waren aangekomen, bleek dat de meeste mensen (vooral dames natuurlijk) zich nog veel meer hadden opgedirkt dan wij, dus toen vielen we gelukkig helemaal niet meer uit de toon. Zolang we ons mond hielden dan hѐ, want als je als enige Nederlands (of Engels) praat op een Italiaanse bruiloft, word je wel een beetje raar aangekeken.
De aankomst van het bruidspaar was heel mooi. Bruidegom Silvio stond al klaar en Giulia arriveerde aan de arm van haar vader. Voor de ceremonie was ze gekleed in een prachtige rode jurk met gouden details die haar oma zelf had gemaakt volgens de Italiaans-Albanese traditie. Giulia’s familie stamt af van Albanese immigranten die in de late middeleeuwen naar Sicilië zijn gekomen en ook vandaag de dag nog een eigen dialect (Arbëresh), religie en cultuur hebben. Voordat ik Giulia leerde kennen, wist ik helemaal niet dat er een Albanese community op Sicilië was. Het verklaarde wel meteen waarom zij de enige Siciliaan is met blond haar en een nog lichtere huid dan de mijne, die ik ken dan.

We hadden hoge verwachtingen van de ceremonie en ik was heel benieuwd hoe dat zou gaan in Italië. Op z’n Italiaans natuurlijk, want de microfoon was kapot, dus ik heb er geen woord van verstaan achterin de zaal. Ik geloof wel dat de Italianen meer verrast waren door de ceremonie dan wij, want ik heb achteraf meerdere mensen horen zeggen dat dit de eerste keer was dat ze bij een bruiloft waren die niet in de kerk werd gehouden. Nu heb ik nog nooit een bruiloft in de kerk bijgewoond, dus eerlijk gezegd was de ceremonie helemaal niet zo anders dan in Nederland.

Wat wel heel anders was, was natuurlijk het diner. Hiervoor werden alle gasten met de bus naar het hotel Baglio della Luna vervoerd, dat 35 kilometer verderop in het binnenland ligt. Hier stonden in een prachtige tuin allemaal standjes waar je naar hartelust drankjes kon halen, van bubbelwijn tot Italiaanse cocktails. Ik rende natuurlijk meteen op de cocktailbar af en heb allerlei lekkere drankjes geprobeerd, van de Negroni Sbagliato (foute Negroni, met mousserende wijn in plaats van gin) tot de bekende Aperol Spritz.
Alleen eten was er niet. Giulia had me al gewaarschuwd dat we laat zouden eten, dus ik had me bij de lunch helemaal volgepropt. Maar het was niet genoeg. Om half tien uur begon ik me te vergrijpen aan de bakjes confetti (van die witte chocolaatjes die in het Nederlands bruidssuiker genoemd worden), die daar echt niet stonden als voorgerecht. Ik baalde van mezelf, want ik wist dat er nog vijf gangen zouden komen, maar ik had gewoon te veel honger.

Gelukkig begon het diner om tien uur en het was nog uitgebreider dan je in je stoutste dromen over Italiaanse bruiloften zou kunnen bedenken. Alleen al met de keuze aan voorgerechten had ik al drie keer vol kunnen zitten, als ik niet in gedachte al ruimte aan het overhouden was voor het toetjesbuffet. Het voorgerecht bestond uit Siciliaans streetfood, dat je kon halen bij verschillende kraampjes in de tuin. Christo’s favoriet was een Siciliaanse vissoep en ik koos verschillende Siciliaanse kaassoorten met gegrilde groenten. De neiging om voor een tweede en derde ronde te gaan was heel sterk, maar we hielden ons in en wachtten geduldig tot we aan tafel gingen voor de eerste primo.

Ja, de eerste primo, want we kregen uiteindelijk twee borden pasta voorgeschoteld voor we aan het hoofdgerecht begonnen. Het eerste bestond uit busiate, typisch Siciliaanse lange gedraaide macaroni’s en als tweede kregen we panciotti, Siciliaanse ravioli. Toen kwam de secondo, aardappeltoefjes met groente en vlees. Tegen die tijd zat ik al zo vol, dat ik maar één aardappeltje heb gegeten met wat groente. Maar het was het waard, want ik heb nog nooit zulke lekkere pasta’s gegeten.

De ruimte voor het toetjesbuffet was inmiddels dus ook een illusie geworden. Christo heeft nog een klein bakje fruit genomen, maar ik kon echt niet meer. Na een uitgebreid afscheid van iedereen stapten we weer in de bus die ons terugbracht naar Palermo. Om een uurtje of drie slenterden we door het Siciliaanse uitgaanspubliek terug naar ons appartementje. Moe maar voldaan ploften we in bed. Helemaal gesloopt, maar wat een ervaring.