Hier in Verona zijn we een beetje eenkennig qua wijn. De enige goede wijn komt natuurlijk uit de Valpolicella-regio hier in de buurt. We drinken een lekkere Valpolicella Classico bij het eten, een Superiore of Ripasso bij een luxe diner en een Amarone als het echt feest is. Dat er in de rest van Italië ook goede wijnen gemaakt worden, wordt hier niet besproken of zo nodig glashard ontkend. Een sterk staaltje van campanilismo, een mooi Italiaans woord dat aangeeft dat je overdreven gehecht bent aan je campanile (klokkentoren), oftewel aan de gewoontes en tradities van je eigen dorp.
Pas toen ik een Italiaanse serie aan het kijken was over de plaatsen die UNESCO in Italië heeft aangewezen als werelderfgoed, kwam ik erachter dat er in heel Italië één wijngebied een plaatsje op deze prestigieuze lijst heeft weten te veroveren. En dat is niet onze geliefde Valpolicella. In Noordwest-Italiaanse regio Piëmonte vind je dit werelderfgoed-wijngebied tussen Turijn en Genua: de Langhe. De bekendste wijn uit deze regio is de Barolo, afkomstig uit het gelijknamige dorpje. Over deze wijn wordt gezegd dat het ‘il re dei vini, il vino del re’ is: de koning der wijnen en de wijn van de koning. Dat belooft veel goeds.
De Barolo behoort tot de beste Italiaanse rode wijnen, samen met de Barbaresco, die uit hetzelfde gebied komt, en de Brunello di Montalcino uit Toscane. Eerlijk? Van al deze wijnen had ik nog nooit gehoord. Een goede reden om ze te gaan proeven dus, om te beginnen de Barolo. Deze wijn wordt gemaakt van de nebbiolo-druif en zou een stevige wijn met een uitgesproken tannine-smaak moeten zijn. Daar houd ik meestal wel van, dus laten we een glas inschenken.
Het eerste wat opvalt is de kleur. Granaatrood, maar doorzichtiger dan de Amarone, waardoor de kleur nog mooier uitkomt. De tannine geurt je meteen tegemoet, daar moet je wel van houden, maar het is niet al te overheersend in de smaak. Alles bij elkaar vind ik de smaak een beetje tussen de Valpolicella Ripasso en de Amarone in zitten: een zware rode wijn voor een speciale gelegenheid. Dat merk je ook wel aan de prijs. Een fles hier in de supermarkt kost 15 euro, maar de minst dure Barolo bij Gall & Gall gaat voor 20 euro over de toonbank. Tsja, het is en blijft wel de koning der wijnen. Ik vond het in ieder geval de moeite waard om een keer te proeven.
Wat een leuk stukje! Ik heb via mijn wijnliefhebbende collega weleens gehoord van Barolo en heb een keer een fles aan iemand kado gedaan, maar van die andere twee nog nooit. Ga je die ook nog een keertje proeven?
Thanks, Isabel! Ik ben ook heel benieuwd naar die andere twee, dus die ga ik zeker nog een keer proberen.